Voorlezen online voorlees verhaaltje Naar de Dokter

Het is vandaag een warme dag. Pien, Tipi en Mark hebben afgesproken onder de boom van Oehoe. Ze gaan spelletjes doen zoals verstoppertje, tikkertje en boefje vangen. Pien is al vroeg wakker. Ze is zo blij dat het weekend is. Mama heeft extra lekkere dingen voor het ontbijt gemaakt: Bessenpannenkoekjes met lekkere aardbeiendrankjes erbij. “Goedemorgen Pien, lekker geslapen”? “Ja mam, ik heb gedroomd over een mooi weiland met rode bloemen”. “Nou, dat klinkt fantastisch, daar zou ik ook wel over willen dromen.“

Waar droom jij graag over?

“Hmmm lekker mama, ik ben dol op bessenpannenkoekjes, ik ga snel eten en daarna gelijk spelen bij de boom van Oehoe”. “Dat is goed Pien, Oehoe kan dan een beetje op jullie letten, dat is wel fijn”. “Wij zijn geen baby’s meer hoor mama, we kunnen echt wel zonder oppas spelen”! zegt Pien een beetje boos. “Ja, dat weet ik wel, maar toch is het wel fijn voor mama dat Oehoe er zit”. Als Pien klaar is met eten mag ze naar de boom. Ze hoeft maar een klein stukje door het bos te lopen en dan is ze er al. Ze ziet Mark met zijn rode fiets al staan. “Hoi Mark”, roept Pien en ze zwaait naar Mark. Mark ziet Pien ook en zwaait terug. Oehoe kijkt naar beneden vanuit zijn grote hoge boom. Hij vindt het nog allemaal wat te vroeg op de ochtend, dus hij doet snel zijn ogen weer dicht. “Hey Pien, wat zullen we gaan doen”? “Nou eerst maar even wachten op Tipi denk ik”. “Ja, maar dan, als ze er is”? “Hmmmm”, Pien denkt na, “wat is leuk om mee te beginnen”?

Wat vind jij een leuk spelletje?

“Zullen we beginnen met verstoppertje”? “Ja, als Tipi dat ook goed vindt, daar komt Tipi al aangewipt!” “Hoi Tipi, vind je verstoppertje leuk om te doen”, vraagt Pien? “O, ja hoor wie is het”? Alle drie de dieren kijken elkaar aan. Niemand wil graag tellen en zoeken, verstoppen is veel leuker. “Zal ik het zijn?”, horen ze vanuit de grote hoge boom. “Oehoe?” De dieren kijken elkaar aan en beginnen te lachen. Dat hadden ze niet verwacht. “Jaaaaa, Oehoe moet het zijn!” Mark en Tipi gaan snel het steile paadje af naar beneden en verstoppen zich. Pien kijkt, het is heel steil en smal. Eigenlijk durft ze niet. “Schiet nu op Pien, Oehoe komt zo”. Pien rent naar beneden, maar ze gaat veel te hard op het steile pad. “Ahhh, nee” Pien glijdt uit en valt heel hard. “Auww, mijn poot”. Pien begint gelijk te huilen, het doet ook heel erg zeer.

Heb jij weleens gehuild nadat je was gevallen?

Oehoe ziet alles gebeuren en hij vliegt meteen naar Pien “Arme Pien toch, laat mij eens naar je pootje kijken”. Mark en Tipi zijn ook teruggelopen en kijken een beetje sip naar hun vriendinnetje. “Ja Pien, ik denk dat je je enkel hebt verzwikt. Wij moeten maar even naar de dokter voor verband”, zegt Oehoe. “De dokter?”. Pien begint nu nog harder te huilen. “Rustig maar, je pootje zal straks veel beter voelen”. “Mark fiets jij even naar Pien haar moeder?” Mark gaat zo hard als hij kan naar het huis van Pien. Mark vertelt de moeder van Pien wat er is gebeurd.

Vind jij naar de dokter gaan eng?

Mama klopt op de deur en de dokter doet open. “Goedemorgen, mevrouw Hert, wat is er aan de hand”? Mama vertelt het hele verhaal en de dokter kijkt naar Pien. Pien zit nog steeds wat te snikken. “Kom maar Pien”. Pien moet in de dokterskamer gaan liggen op een bankje met papier erop. Dat papier voelt gek en Pien vindt het ook een beetje raar ruiken bij de dokter. De dokter pakt Pien haar pootje en begint er een beetje in te knijpen. “Het is gelukkig niet gebroken, maar wel erg gekneusd. Ik doe er een strak verband omheen en dan moet je toch een weekje stilzitten”. “Een week stilzitten? Dat is veel te lang, om stil te zitten”, zegt Pien. “Je hoeft niet echt helemaal stil te zitten”, zegt de dokter. “Je moet alleen niet veel op je pootje staan. Er zijn vast veel leuke dingen om te doen, zonder je pootje te veel te bewegen.”

Kan jij wat leuke dingen bedenken die Pien kan doen?